Eerste wereld 1914 Tm 1918 oorlog wie bij wie.

De eerste wereld oorlog is begonnen in 1914 Tm 1918.

tijdens de eerste wereld oorlog waren de bezetters (de centrale)

 Duitsland, Oostenrijk-Hongarije,  Ottomaanse rijk,  Bulgarije, waren de bezetters (de centrale)

de geallieerden Oorspronkelijke bondgenoten: Keizerrijk Rusland, Frankrijk, Verenigd Koninkrijk) 

Erbij in 1914: Servië, Nepal, Montenegro, Japans Keizerrijk, Andorra, (België de facto) (Luxemburg de facto)

Erbij in 1915: Asir, Italië, San Marino, Nadjd en Hasa,

Erbij in 1916: Portugal, Hidjaz, Roemenië, Griekeland,

Erbij in 1917: Verenigde Staten, Thailand (Siam) Cuba, Liberia, China, Brazilië, Panama, 

Erbij in 1918: Guatemala, Armenië, Nicaragua, Haïti, Honduras, 

 

 

Frankrijk wou dat punt wat bij Duitsland lag maar eigenlijk was het van Frankrijk.

het Schlieffenplan was een plan van de Duitsers het plan ging zo.

de Duitsers zouden Frankrijk afleiden via de andere kant. ze zouden België in trekken om zo Parijs te veroveren.

maar zo makkelijk was het niet. de Belgische Koning Albert wou niet zomaar opgeven. daarom vecht hij hard terug  zijn land maar zo goed ging het niet.

bijna heel België was veroverd door Duitsland. 

in 1917 kwamen de Amerikanen. helpen een Engeland deed al sinds het begin mee met de oorlog.

uiteindelijk was het duidelijk dat Duitsland en Oostenrijk-Hongarije de oorlog zouden verliezen.

de overgave van Duitsland en Oostenrijk-Hongarije was op 1918.

 

Om te beginnen gaan we terug naar de Frans-Pruisische oorlog (ook wel de Frans-Duitse oorlog genoemd) van 1870. Duitsland bestond in deze tijd uit veel kleine staatjes, waarvan Pruisen de belangrijkste staat vormde. De minister-president van Pruisen was Otto von Bismarck, die van Duitsland een eenheid wilde maken. Het begin van deze eenheid was de Noord-Duitse bond tussen 22 Duitse staten, die in 1867 werd gesloten. Frankrijk was op dit moment het sterkste land in Europa en zag deze Duitse bond als een bedreiging. Daarom verklaarde Frankrijk in 1870 Pruisen de oorlog, maar werd al na een aantal veldslagen verslagen. Maar nog vernederender voor Frankrijk was het feit dat de Pruisische koning Wilhelm I in het paleis van Versailles tot keizer van het uitgeroepen Duitse Rijk werd benoemd. Daarnaast lijfde Duitsland de Franse provincies Elzas Lotheringen in, die enkele eeuwen eerder door de Fransen van Duitsland waren afgenomen.

Otto von Bismarck werd de rijkskanselier van het Duitse Keizerrijk. Hij was tevreden met de machtssituatie in Europa, maar zag wel dat Duitsland was omgeven door sterke mogendheden. Hij voerde daarom Realpolitiek, wat inhield dat hij het machtsevenwicht in Europa wilde handhaven door middel van het sluiten van allianties. Bismarck was daarom ook tegen imperialisme, omdat het conflicten met andere landen tot gevolg kon hebben.

In 1888 stierf Keizer Wilhelm I en kwam Wilhelm II op de troon. Hij begon een meer agressief buitenlands beleid te voeren, omdat hij van Duitsland een nog grotere mogendheid wilde maken. De Realpolitiek veranderde zo in de Weltpolitik, die gericht was op expansie. Omdat dit lijnrecht tegen de politiek van Bismarck inging, werd Bismarck ontslagen.

 

 

Oorzaken.

Hoewel de moord op Franz Ferdinand de directe aanleiding vormde voor de uitbraak van de Eerste Wereldoorlog, lagen de eigenlijke oorzaken van het conflict veel dieper. Al sinds het einde van de negentiende eeuw zorgden het nationalisme, het imperialisme en de onderlinge wapenwedloop voor grote spanningen tussen de Europese grootmachten. De vrede werd nog lang bewaard door een uitgebreid systeem van allianties, maar toen Oostenrijk-Hongarije de oorlog verklaarde aan Servië zorgde ditzelfde systeem er juist voor dat de oorlog zich.

Door de Weltpolitiek en de ambities van de nieuwe Duitse keizer liepen de spanningen rond het begin van de 20e eeuw hoog op in Europa. Er zijn een aantal belangrijke oorzaken aan te wijzen die deze spanningen verergerden en die uiteindelijk zorgden voor de Eerste Wereldoorlog:

  • Duitsland als bedreiging. Het nieuwe Duitse Keizerrijk werd een sterke staat, zowel op militair, economisch en politiek gebied. Dit zorgde voor een verstoring van het machtsevenwicht in Europa, waarbij Frankrijk de dominante positie verloor. Frankrijk wilde wraak en de andere landen voelden zich bedreigd door Duitsland als grootmacht. Dit zorgde voor grote spanningen in Europa.
  • De allianties. Door de spanningen wilden de Europese landen sterker staan en besloten ze bondgenootschappen (ofwel allianties) te sluiten met elkaar. Zo had Duitsland een bondgenootschap met Oostenrijk-Hongarije en Italië, ook wel de Triple Alliantie genoemd. Aan de andere kant had je Frankrijk, Groot-Brittannië en Rusland die de Triple Entente sloten.
  • Nationalisme. In Europa was in sterke mate sprake van nationalisme: mensen waren erg trots op hun land en op hun volk. Veel landen voelden zich beter dan andere landen. Dit zorgde voor spanningen en speelde ook een rol bij het modern imperialisme. Hoe meer koloniën, hoe meer aanzien het land had. Hier waren veel landen op gericht.
  • Militarisme en een wapenwedloop. De Duitse ambities en het nationalisme in Europa gingen ook hand in hand met toenemend militarisme. Er kwam een voorliefde voor militair vertoon, om andere landen te laten zien hoe sterk en machtig het land was. Zo begon er ook in een wapenwedloop in Europa.
  • Modern imperialisme. In deze tijd was Engeland de grootste macht op zee, met een grote vloot en veel koloniën in bezit. Vooral Duitsland wilde echter de concurrentie met Groot-Brittannië aangaan en ook een ‘plek onder de zon verkrijgen’. Zo werd in de Vlootwet van 1898 de Duitse vloot uitgebreid. Het lukte Duitsland echter niet zo goed om de overzeese expansie succesvol te maken. Daarom richtte het land zich later meer op het Europese vasteland. Het modern imperialisme, de strijd om koloniën, zorgde er echter wel voor dat de oorlog een wereldoorlog werd. Ook in de Europese koloniën werd namelijk gevochten.

Wat vooraf ging.

Op zondag 28 juni 1914 werd aartshertog Frans Ferdinand, de Oostenrijkse troonopvolger, met zijn vrouw vermoord in Sarajevo, de hoofdstad van de kort daarvoor geannexeerde Oostenrijkse provincie Bosnië. Deze aanslag was de vonk die het Europese kruitvat deed ontbranden. De moordenaar, de student Gavrilo Princip, was lid van de organisatie jong Bosnië, een nationalistische beweging die een verbond met Servië nastreefde. Oostenrijk greep de aanslag aan om Servië te vernederen en de bedreiging die dit land vormde voor de Oostenrijkse-Hongaarse invloed in Zuidoost-Europa, af te zwakken.

 

 

Frans Ferdinand met zijn vrouw Sophie.

 

Na zich verzekerd te hebben van de onvoorwaardelijke steun van Duitsland, stelde Oostenrijk op 23 juli 1914 een ultimatum met tien eisen aan Servië. Hoewel de meeste punten aanvaard werden, weigerden de Serviërs de eis in te willigen dat Oostenrijk betrokken zou worden bij het onderzoek naar het moordcomplot. Op 28 juli 1914 verklaarde Oostenrijk-Hongarije Servië de oorlog.

 

 

Kort daarna gaf tsaar Nicolaas II het bevel tot een algehele mobilisatie van Rusland ter ondersteuning van de Serviërs. Als reactie daarop werd het hele netwerk van allianties in het spel gebracht en braken er voor Europa rampzalige tijden aan. Duitsland stelde Rusland een ultimatum tot het stopzetten van de mobilisatie. Rusland ging hier echter niet op in. Het gevolg was dat Duitsland zelf tot mobilisatie overging en Rusland de oorlog op 1 augustus 1914 verklaarde. Op die dag mobiliseerde Frankrijk ook haar troepen. Op 2 augustus 1914 legde Duitsland België een diplomatieke nota voor waarin men het recht opeiste om over het Belgisch grondgebied te trekken. België ging niet in op deze eis.
De volgende dag verklaarde Duitsland de oorlog aan Frankrijk. Op 4 augustus 1914 vielen Duitse troepen België binnen. De Duitse overmacht was enorm. Door de schending van de Belgische grens werd Groot-Brittanië bij het conflict betrokken. Groot Brittanië had zich verplicht om de neutraliteit van België te garanderen en verklaarde daarom de oorlog aan Duitsland.

De hel brandt los.

 

Aanleiding.

p 28 juni 1914 werd de troonopvolger van Oostenrijk-Hongarije, de prins Frans Ferdinand, doodgeschoten in Sarajevo, Bosnië en Herzegovina. De dader heette Gavrilo Princip en was een aanhanger van een Servische nationalistische beweging. Deze gebeurtenis wordt als aanleiding van de Eerste Wereldoorlog gezien. Oostenrijk-Hongarije, dat al jaren klaar was met de terroristische activiteiten in Servië, en zich nu versterkt voelde door het bondgenootschap met Duitsland, stelde daarom een ultimatum aan Servië. Servië had echter een bondgenootschap met Rusland en voelde zich daardoor gesterkt en verwierp het ultimatum. Rusland besloot te mobiliseren en Oostenrijk-Hongarije volgde de dag erna ook met een mobilisatie. Dit betekent dus dat formeel gezien, Rusland als eerste besloot om de oorlog te beginnen. Het was echter Duitsland dat hierna begreep dat er nu definitief een oorlog zou komen. Er was voor het land geen moment meer te verliezen, want de Russische mobilisatie betekende dat Duitsland op twee fronten zou moeten gaan vechten (aangezien Rusland en Frankrijk een bondgenootschap hadden). Eerst stelde Duitsland nog een ultimatum aan Rusland om de mobilisatie te stoppen, maar hier werd niet op gereageerd. Daarom verklaarde Duitsland aan Frankrijk en Rusland de oorlog en besloot over te gaan tot aanval.

Je ziet dus dat door alle bondgenootschappen die gesloten waren, één enkele moord een kettingreactie tot gevolg had die leidde tot de Eerste Wereldoorlog. 

Een loopgravenoorlog.

Met veel enthousiasme, aangestoken door overmoedig nationalisme en militarisme, vertrokken de Duitse soldaten. Ze dachten dat ze de oorlog voor de kerst van 1914 al wel zouden hebben gewonnen. De Duitse aanval was gebaseerd op het Von Schlieffenplan. Eerst vielen de Duitsers België binnen, een land dat net zoals Nederland en Zwitserland neutraal was in de Eerste Wereldoorlog en dus niet meedeed. De  Duitsers schenden hiermee dus de neutraliteit van België. Omdat de Britten de neutraliteit van de Belgen garanderen, verklaarde nu ook Groot-Brittannië Duitsland de oorlog.

Het Duitse leger trok intussen op naar de Franse grens. Als ze het op deze manier voor elkaar kregen om Frankrijk snel te veroveren, konden ze zich daarna focussen op Rusland. Zo zouden ze een tweefrontenoorlog kunnen voorkomen.

De snelle opmars van de Duitsers kwam echter in 1914 al tot stilstand bij Parijs, toen de Fransen bij de Slag bij de Marne de Duitsers een nederlaag bezorgden. De Duitse troepen groeven zich hierna in, waardoor er al gauw aan het westelijk front in Europa een loopgravenoorlog ontstond. Zo lagen gigantische legers in haastig gegraven loopgraven tegenover elkaar in een linie die liep van de Zwitserse grens tot aan de Noordzee. Soms vielen legers in een gebied elkaar aan, wat veel soldaten het leven kostte maar vaak geen terreinwinst tot gevolg had. Een snelle Duitse overwinning werd hierdoor onmogelijk gemaakt en er kwam toch een tweefrontenoorlog. Door nieuwe militaire technieken en wapens was het heel moeilijk om grond te veroveren en werd de oorlog uitputtend. Toch vonden er ook enkele veldslagen plaats, wat echte slachtvelden waren. Zo mislukte de Frans-Britse aanval bij de Slag aan de Somme in 1916 grandioos, wat het overlijden van zo’n 1 miljoen soldaten tot gevolg had.

Verloop van de oorlog vanaf 1917.

Terwijl er in het begin veel enthousiasme was voor de oorlog, veranderde dit naarmate de oorlog voortduurde. Dit kwam niet alleen door de verschrikkingen op het slagveld, maar ook doordat de Eerste Wereldoorlog een totale oorlog was. Dit houdt in dat niet alleen de legers vochten, maar dat de gehele maatschappij meevocht. Arbeiders moesten meevechten, waardoor er een groot gebrek aan voedsel ontstond.

In 1917 begon Duitsland een onbeperkte duikbotenoorlog waarbij alle schepen werden aangevallen, waaronder die van Amerika. Daarnaast onderschepte de Verenigde Staten het Zimmermann-telegram waarin Mexico door Duitsland werd overgehaald om aan de oorlog mee te doen. Dit was de reden voor de Verenigde Staten om zich ook aan te sluiten bij de geallieerden en met de oorlog mee te gaan doen in 1917. De geallieerden stonden hierdoor veel sterker. Al eerder had ook Italië zich losgemaakt van de Centralen en zich bij de geallieerden gevoegd. Wel trok Rusland zich in 1917 terug uit de oorlog, vanwege de Oktoberrevolutie. In Rusland nemen de communisten de macht over en ontstaat de Sovjet-Unie. Dit nieuwe land sloot vrede met Duitsland en verdween hierdoor van het strijdtoneel.

In 1918 bleek dat de Centralen de oorlog nooit gingen winnen. In Duitsland breken er door onrust en oorlogsmoeheid revoluties uit, waarna de Republiek van Weimar werd uitgeroepen en de Duitse keizer naar Nederland vluchtte. De nieuwe regering wil een vredesakkoord en een wapenstilstand volgt, op 11 november 1918.

Rating: 5 sterren
1 stem

Reactie plaatsen

Reacties

ilse
2 jaar geleden

wat heb je dit mooi gemaakt Rik! Ik ben heeeeeeel trots op jou!